Zonder de jarige Fred Ivens en ook zonder Pertap Malahé vertrok het eerste tiental naar Rijnsburg. Daar stonden de super-invallers Hans den Engelsman en Patrick Stork al klaar. Ook deze wedstrijd diende er weer gescoord te worden om uitzicht op het ontstijgen van de degradatiezone te hebben.

Hans trof zijn neef Arie Schoneveld en had dus een extra motivatie. Heel langzaam maar zeker bouwde Hans een klein voordeeltje uit en won als eerste. Tweede meevaller was de remise van Gerard de Groot tegen de Rijnsburgse kopman Cor van Dusseldorp. Een kleine verrassing van Gerard in het vroege middenspel zorgde voor een comfortabele positie en dus een gemakkelijke remise. De voorsprong werd verder uitgebouwd door Wim Bremmer die een mooie drukpartij in winst omzette en door Patrick Stork. Patrick liet een combinatie toe die zijn tegenstander na een uur rekenen ook nam. Patrick had echter goed gezien dat zijn voorpost net houdbaar was en won door positie- en tijdvoordeel. Na een vrij vlakke remise van Jeroen Kos en een combinatieve nederlaag van Hein van Dee was de stand voor de eerste tijdcontrole al 4-8.

Daarmee was de strijd nog niet gestreden. Herman Vroom had een vreemde stand tegen de sterke Richard Kromhout en Roy Bidesi had iets te vroeg een schijf geofferd voor een doorbraak en kon niet meteen dam halen. Herman zou echter Herman niet zijn als hij zich bevrijdde uit de lastige stand. Tot ieders verrassing ging hij nog een stapje verder en wist met een positionele wending de winst naar zich toe te trekken. Ook Roy wist zijn partij op remise te houden, zodat iets na vieren de overwinning al een feit was.

Het was toen nog lang wachten op Jaap van Galen en Piet Lodder. Jaap moest nog alle zeilen bijzetten om de winstplannen van zijn tegenstander te dwarsbomen. Piet miste ogenschijnlijk twee keer de winst, maar bewaarde het lekkerste voor het laatst. Hij wist een 2-om-2 eindspel thematisch naar winst te voeren. Een fraaie en ruime 14-6 dus en weer een treetje hoger op de ranglijst.