Als je dan toch degradeert, kun je het maar beter overtuigend doen. De 15-5 nederlaag tegen CCR liet daarbij weinig ruimte voor twijfel. Het eerste moest de laatste twee wedstrijden winnen om kans te houden op de nacompetitie. Maar na deze nederlaag is degradatie definitief.

Bij CCR speelde de goedlachse Shammie Kasnadi zijn eerste wedstrijd, en maakte nog wat reclame voor het Damfeest op 10 maart in Dordrecht. Zijn partij tegen Pertap Malahé leek indrukwekkend, maar achteraf bleek Pertap nog een vijfklapper gemist te hebben die minstens goed was voor remise. Op dat moment verloren ook Berke Yigitturk (van Michiel Kloosterziel) en Hein van Dee (gaf kennelijk op in een remisestand) hun partijen, zodat de achterstand al onoverbrugbaar leek. Wel boekte Emre Hageman weer een mooi resultaat met een remise tegen Leopold Sekongo. Ook Frans Teijn behaalde een gelijkspel. Hij liet het denken deze partij over aan Patrick Stork, die weliswaar ijzersterk kwam te staan maar te weinig bedenktijd had om het af te maken. Frans hield nog ruim een uur over.

Hans den Engelsman haalde een probleemloze remise tegen GMI Eduard Autar. Bij de 3-9 achterstand leek alle hoop vervlogen. Echter, Gerard de Groot combineerde na een dramatisch slechte partij toch nog naar dam en ook Bas Baksoellah had een winnende dam op het bord. Tot slot bleek ook Frans van Eenennaam na sterk spel positioneel gewonnen te staan. Maar blijkbaar geïmponeerd door de achterstand, ging alles overal fout. Herman Vroom combineerde na een lastige partij naar een remisestand, maar vergat vervolgens de remise ook te maken. En uit de drie gewonnen standen, werden uiteindelijk maar een schamele twee remises gehaald. Frans van Eenennaam vergat een vangstelling klaar te zetten en Bas Baksoellah ging op schijvenjacht terwijl de lange lijn vast houden eenvoudig gewonnen was. Ook Gerard speelde zijn partij onnauwkeurig uit. 5-15 en overtuigender kan degradatie niet zijn. Schrale troost: ook bij een 10-10 was degradatie onontkoombaar.